Zwabbervoet

Het land is in shocktoestand. De val van onze regering en het onzalige gekluns dat daaraan vooraf ging is in één klap vergeten. Al die opgeblazen humbug over de veiligheid op straat is overbodig geworden, want het hele volk zit uitgeteld voor de kijkbuis.
Het is stil in Nederland, want door de dwaze aktie van slechts één persoon hebben we een nooit verwacht verlies geleden. De natie is in diepe rouw, want Sven is zijn tweede goud kwijt. En dat kwam niet door eigen falen maar door een bemoeizuchtige coach. Een verkeerde wissel. Hoe is het toch mogelijk?

Nou, dat zal ik u eens haarfijn uitleggen. Die coach heet namelijk Gerard Kemkers en die ken ik een beetje. Nee, niet persoonlijk, hoewel het na jaren investeren in zitvlees om de afloop van die ellenlange allround toernooien mee te maken wel zo voelt. Vooral de 10 kilometer is een beproeving die de vergelijking met de zwaarste Oosterse meditatietechnieken glansrijk doorstaat.

Goed, die Kemkers dus. Dat was vroeger een verdienstelijke schaatser, die aardig wat medaljes bij elkaar gesprokkeld heeft. Hij was alleen nooit de beste. Altijd in de schaduw van Hein Vergeer en Leo Visser, ik geef het je te doen. Toen hij eindelijk zo hard had getraind (en zijn maatjes inmiddels iets nuttigs deden) dat de voorgrond niet meer aan hem voorbij kon gaan maakte hij een vrij abrupt einde aan zijn carriere. De reden? Een zwabbervoet. Wasdà, hoor ik u vragen?
Het komt erop neer dat hij een van zijn voeten niet meer recht op het ijs kon zetten. En dat is toch niet onbelangrijk als je als schaatser mee wilt tellen. Ik zie hem nog voor de camera staan om ons, het met successen verwende kijkvolk, te vertellen dat hij zo echt niet meer hard kon. De tranen stonden in zijn ogen, zijn stem brak en ik lag dubbel van het lachen op de bank.

Dat zielige hield hij nog een tijdje, ook nadat hij zijn tweede roeping als trainer/coach had gevonden. Eerst ging hij naar Amerika, in een tijd dat daar niet meer dan drie-en-een-halve serieuze hardschaatser te vinden was. Nadat hij terug kwam naar het vaderland om een serieuze commerciële ploeg te leiden kwam het schaatsen daar pas tot ontwikkeling. Weer een beetje zielig dus. Maar niet getreurd, want die nieuwe ploeg werd mooi wel de beste van allemaal. Grossierde in medaljes en hij was de gevierde held. Eindelijk succes! Eindelijk erkenning!
Wat me wel altijd opviel was zijn manier van coachen. Enorm fanatiek en betrokken, en de laatste jaren maakte hij er een gewoonte van om een eigen plekje aan de zijlijn te claimen. Waar elke coach ongeveer in het midden op de kruising staat te oreren naar een sporter die daar op dat moment geen boodschap aan heeft deed hij dat helemaal aan het einde, net vóór de bocht. En, in tegenstelling tot wat de grote Sven nu zelf beweert, hij was zó betrokken dat hij vaak met woord en gebaar aangaf welke baan zijn pupil moest nemen. Een typisch geval van te fanatiek. Hij zou zó graag nog zelf schaatsen, zo graag in de schoenen van zijn rijders willen staan dat hij zijn plek vergat.

En op deze onzalige avond ging het mis. Zou die man nou echt denken dat Sven zijn hanepoot met goedbedoelde adviezen en non-informatie kan lezen? Of dat zo'n schaatser naast zijn eigen rondetijd ook nog die van zijn concurrent kan onthouden?
Deze keer lette hij niet op in zijn drang om het voor zijn topper zo goed mogelijk te doen. Hij schreef en rekende en wees voor één keer met zijn vingers naar de verkeerde kant. Weg gouden medalje, weg onsterfelijke roem voor Sven. Over vier jaar weer een kans. En die mooie Naomi maar wachten zeker. Ik denk het niet, die meid wil ook wel eens een vent die gezellig thuis op de bank komt zitten.

We zijn meteen 2 plaatsen gezakt op de ranglijst van gewonnen medaljes, van 8 naar 10. Eigen schuld, dikke bult. Hadden we maar nooit een gefrustreerde ex-schaatser met een zwabbervoet moeten aanstellen als coach van onze hoop in barre dagen.


De foto is er eentje uit Thorn, Mijn stoere kleine Ninja heeft gelukkig geen last van een zwabbervoet. Dat is een geboren winnaar. En anders zal ik daar hoogstpersoonlijk voor zorgen. Ik heb dan wel niks gewonnen in mijn tijd, maar ik had ook geen laf excuus. Ik zat gewoon op de bank, naar het schaatsen te kijken.

Alsof dat geen topsport is.

Reacties

  1. Hoe verzin je 't weer. Mafkees

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Om met dominee Grendaart te spreken, een scheve schaats is vaak avontuurlijker dan het rechte pad.

    MP

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten